Aan de voorkant van het huis zit een kleine veranda. Een smalle stenen trap lijdt naar de voordeur, die eigenlijk altijd hermetisch afgesloten is omdat iedereen automatisch achterom gaat. De trap eindigt in een klein platje dat overkapt is, en vervolgens is overwoekerd door druivenranken. Tussen de bladeren hangen al kleine trosjes met minidruifjes, en ik kan niet wachten tot deze geplukt mogen worden. Helaas zijn wij tegen die tijd al weer een paar maanden thuis. Vanmorgen heb ik een keukenstoel om het huis gesleept, en de stenen trap op getrokken. En zo heb ik mij dus genesteld onder het knusse druivendak. De thermometer die aan de zijkant van het huis hangt geeft nu al meer dan 30graden aan, en dat is in de schaduw. Dat belooft nog wat voor vandaag. Vanmorgen nadat ik al vroeg mijn bed had verlaten om met een soort van onrustig makende vreugde de eerste dag hier te vieren, was ik enthousiast de zon ingedoken. De ligstoel had ik naar het midden van de tuin gerold, en in de laagste stand gegooid. En vol overgave was ik languit gegaan. Helaas was de zon al direct in de ochtend zo ontzettend warm dat ik na nog geen half uur al de schaduw in ben gevlucht. En, heel verstandig van mezelf, daar blijf ik ook vandaag. Misschien nog even vanmiddag, maar dat zien we dan wel weer.
Het plekje onder deze veranda is een van mijn favoriete schaduwplekjes rond het huis. Tussen de plantenbakken door die op de rand staan, kijk je de vallei in richting Umbrië, om me maar aan de strikte informatie van Franco te houden. Deze kant is Umbrië, de andere kant is Toscane, het huis staat midden op de grens, niet vergeten! Nee meneer Bistoni, we zullen het niet vergeten. Het stoffige landweggetje ligt onder het huis langs, en is het enige verbindingspunt met de bewoonde wereld voor iedereen die op deze berg vastgeplakt zit. Zojuist is er een zwaar naar dieselolie stinkende oude vrachtwagen langs gereden, maar dat is dan ook het enige teken van leven wat ik de hele ochtend heb mee gekregen. Grote delen van de dag blijft het zand gewoon liggen, en is het weggetje volledig uitgestorven. Het enige wat je hoort zijn de krekels die onophoudelijk door gaan. Verder hoor je de wind zachtjes door de bladeren ruisen, en hoor je zacht het zoemen van de vele insecten die alle bloemen verkennen die rijkelijk om het huis te vinden zijn. Het enige teken van leven naast dit alles zijn de kleine hagedisjes, die vliegensvlug onder mijn stoel doorschieten, pijlsnel tegen de muur oplopen, en verdwijnen in de beschikbare spleten. Een van hen staat mij te bestuderen. Doodstil staat hij me aan te kijken, incalculerend dat hij binnen een nano seconde verdwenen moet zijn zodra ik me ook maar enigszins beweeg. Dat doe ik langzaam, expres natuurlijk om het spel mee te spelen, en ik kan niet eens meer volgen waar hij zo snel naar toe is gegaan.
De weinige wolkjes die er zijn aan de verder strak blauwe hemel, vormen willekeurige schaduwplekken in het landschap voor me. Vlagen van de lavendel waaien in mijn gezicht, en ik haal diep adem. De Grote bossen lavendel groeien overdadig langs de complete omheining van de tuin. Absoluut geen water geven! Benadrukt Franco ons nog. Nee Franco, en weer beloofden we hem niet teleur te stellen.
Het is opvallend stil in huis. Ik vraag me af waar Tup is. Waarschijnlijk ligt hij uit te puffen onder de veranda bij de keuken, of heeft hij toch het lef gehad om wel de zon in te duiken?
Een hagedisje kronkelt behendig door de vetplantjes heen die groeien in de bakken die onderaan de trap staan. Naar alle waarschijnlijkheid is hij druk op zoek naar voedsel.
Gisteravond hebben wij onze verkenning van dit vakantiedomein gedaan, om te kijken hoe het er mee staat zo twee jaar na dato. Alles is nog exact hetzelfde gebleven. Alles stond op zijn plaats, en alles groeit zoals het moet groeien. Alleen heb ik wel het gevoel dat Maria er weer een aantal bakken bij heeft gezet, want tijdens het water geven ben ik de tel kwijt geraakt. Op onze slippers hebben we de olijfgaard geïnspecteerd . Ook hier zijn een paar jonge boompjes bij geplant. Enkele olijfbomen vertonen helemaal geen aanzet tot het produceren van olijven, maar gelukkig doen de meesten weer ouderwets hun best, en de piepkleine olijfjes lijken bijna te dansen in de zon.
Als we na het avondeten tijdens onze spontaan ingelaste avondwandeling het weggetje naast het huis omhoog lopen wordt pas duidelijk hoe groot de lap grond is die bij het huis hoort. Voordat het weggetje zich splitst in 2 paadjes met gevaarlijk ogende kiezelstenen (je moet hier niet met je nieuwste auto verdwaald raken) heb je het meest indrukwekkende uitzicht over de omgeving. Vanaf dit punt kijk je praktisch 360graden rond, en kijk je in 1 blikveld van Toscane naar Umbrië. In het midden ligt ons immense domein, het huis ligt verscholen in het groen, en slechts het raampje van de zolder is vaag tussen de dennenbomen door te zien. Bij het huis was de zon al achter de heuvels gezakt, maar nu we hier boven staan is hij er gewoon weer, en kunnen we voor de tweede keer deze avond de indrukwekkende zonsondergang volgen. Als hij bijna achter de bergen is weggezakt lopen we nog een klein stukje door naar boven, en volgen zo voor de derde keer de ondergang. Langzaam verdwijnt hij dan definitief achter de Toscaanse heuvels, tot morgen! We applaudisseren en slenteren terug naar beneden. Terug bij het huis klimmen we over de omheining, omdat we geen zin hebben om iedere keer het hek van het slot te halen. Niet doorvertellen aan Franco natuurlijk, hij zou er in blijven. Laat dit dan onze enige zonde zijn hier.
Even ben ik nu onder de veranda vandaan gevlucht. Iets heel erg groots was me gevaarlijk zoemend steeds aan het aanvallen. Voor mijn gevoel was het zo groot als een gehaktbal, maar dat zal allemaal ook wel weer meevallen. Ik weet niet wat het was, en ik ga het ook niet uitzoeken. En ik ben in de schaduw van een van de stokoude olijfbomen gaan zitten die al generaties lang naast de zijkant van het huis groeien. Het hier geplaatste stenen bankje zit niet echt geriefelijk, maar ook dit is weer een heerlijk punt om te genieten. Een vlinder met zebra strepen danst vrolijk om me heen om aan te geven dat het hier veel gemoedelijker is dan bij die gehaktbal daar boven. Vervolgens verdwijnt hij naar de lavendelmuur om af en toe even terug te vliegen om schijnbaar te controleren of ik er nog ben.
Achter mij in de vallei kraait een haan, een beetje laat op dit tijdstip lijkt me zo, maar misschien is hij ook in de war door de hitte. En ach, samen met de bellen van de pecorino schapen die beneden het huis onzichtbaar grazen tussen de bomen, vormt hij die heerlijke ontspannen landelijke sfeer die we zo bewust hebben opgezocht.
Het is hier vele malen groener en bosrijker dan in West Toscane, en de robuuste heuvels geven dan ook aan dat we hier schurken tegen het begin van de Apennijnen. Juist die meer grove en haast stoerdere omgeving zorgt er voor dat ik me hier meer thuis voel dan in de esthetisch verantwoorde heuvels van het westen. O.k. die glooiende heuvels zijn prachtig, en ik kan ze oneindig bezoeken. die zijn hier dus ingewisseld voor hun stoerdere broertjes. O.k. minder wijnvelden, maar wel weer meer zonnebloemen. Ach, heel Toscane is een sprookje. En het sterk afwisselende landschap maakt nou juist deze Provincie zo intrigerend, want ook de grauw aandoende kleivelden van de Crete hebben zijn charme. Elke centimeter heeft hier zijn eigen schoonheid, elke decimeter heeft hier zijn eigen bekoring en ook ieder gebiedje in deze streek heeft zijn eigen specialiteiten. Ik hou er van.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten